Gastroscopie

Wat is een gastroscopie? 
Bij een gastroscopie wordt de binnenkant van de slokdarm, maag en de dunne darm onderzocht. Hierbij wordt er een soepel buisje via de mond ingebracht. Dit buisje wordt dan verder verschoven naar de slokdarm, de maag en de overgang naar de dunne darm. Een gastroscopie kan uitgevoerd worden in ondermeer volgende gevallen:
  • Opsporen van afwijkingen zoals ontstekingen, bloedingen, vernauwingen.
  • Opsporen van aandoeningen zoals een maagzweer, coeliakie,… .
  • Wegnemen van weefsel voor verder microscopisch onderzoek (biopsie).
  • Verwijderen van poliepen.

Voorbereiding? 
Voor dit onderzoek moet je volledig nuchter zijn. Dit wil zeggen dat je vanaf 6 uur voor het onderzoek niets meer mag eten of drinken, niet meer mag roken en geen medicatie meer mag nemen. Raadpleeg bij twijfel je arts over je medicatiegebruik.  

Je arts kan eventueel voorstellen om een kalmeringsmiddel toe te dienen. In dat geval mag je de dag van het onderzoek niet meer met de wagen rijden. Voorzie vervoer naar huis.

Meld vooraf aan je arts welke medicatie je gebruikt. Zeker als je bloedverdunnende middelen neemt. 

Hoe verloopt het onderzoek? 
Voor het onderzoek:
In samenspraak met je arts kan je kiezen voor sedatie. Hierbij wordt er via een ader een kalmeringsmiddel toegediend dat je doet ontspannen en je in een lichte slaap kan brengen.

Het onderzoek zelf:
  • De keel wordt verdoofd met een spray.
  • Indien je kiest voor sedatie, zal je hartslag, bloeddruk, ademhaling en het zuurstofgehalte in je bloed constant gemeten worden via een meettoestelletje aan je vinger of oor.
  • Tijdens het onderzoek lig je op je linkerzijde op de onderzoekstafel. Er wordt een mondstuk geplaatst tussen de tanden. Eventuele tandprothesen moeten uitgedaan worden.
  • De arts brengt de gastroscoop via de mond naar binnen en zal je vragen te slikken. Vervolgens wordt de slang voorzichtig verder naar binnen geschoven tot aan dunne darm. Je kunt tijdens het hele onderzoek normaal blijven ademhalen.
  • Via de gastroscoop wordt er lucht geblazen in de slokdarm, maag en dunne darm zodat deze open gaan staan en beter bekeken kunnen worden.
  • De arts zal je steeds uitleggen welke ingrepen er uitgevoerd worden.
  • Na het onderzoek wordt de gastroscoop voorzichtig verwijderd.
Ongemakken die je tijdens het onderzoek kan ondervinden zijn:
  • Het inbrengen van de gastroscoop is niet pijnlijk maar kan wel braakneigingen veroorzaken. Je zult het minste ongemak ondervinden wanneer je zo goed mogelijk ontspant.
  • Het inblazen van lucht kan een opgeblazen gevoel geven. Mogelijk kan je ervan gaan boeren. Dit is volkomen normaal.
  • Na het verwijderen van de gastroscoop kun je een vervelend gevoel hebben in de keel. Dit gaat snel over.
Na het onderzoek
Na het onderzoek moet je nog enkele uren in het ziekenhuis blijven totdat de verdoving volledig is uitgewerkt. Na ongeveer 30 tot 60 minuten zal de keelverdoving uitgewerkt zijn. Vanaf dan mag je proberen te drinken. Als dit goed gaan mag je ook terug eten. Indien je gekozen hebt voor sedatie mag je de dag zelf niet meer met de wagen rijden. 

Mogelijke risico's en verwikkelingen? 
Complicaties zijn zeer uitzonderlijk maar net zoals voor elk ander onderzoek zijn er enkele risico’s verbonden aan een gastroscopie:
  • Bij sedatie is er een verhoogde kans op ademhalingsproblemen en/of stoornissen van de hartfunctie. Tijdens het volledige onderzoek wordt de hartslag en ademhaling gecontroleerd via een meettoestelletje aan de vinger of het oor.
  • Wanneer er nog voedsel in de maag aanwezig is, kan de patiënt zich hierin verslikken tijdens het onderzoek. Indien het voedsel in de luchtpijp terechtkomt kan dit leiden tot een luchtweginfectie of een longontsteking.
  • Bloeding, perforatie.
Indien er, éénmaal thuis, complicaties optreden zoals pijn in de buik of borstkas, braken van rood of zwart bloed, hoesten, koorts, rillingen,… moet je onmiddellijk contact opnemen met je huisarts. 

Uitslag en nazorg? 
De bevindingen van het onderzoek zullen meteen met jouw overlopen worden of kunnen opgestuurd worden naar je behandelend arts. Indien er weefsel werd weggenomen zal dit eerst verder onderzocht worden in het labo. 

Zit je nog met vragen, stel ze gerust aan de verpleegkundige of aan de arts!